De kerststal op kerstavond

Traditioneel, of laat deze opstelling toch enkele verrassingen zien?

St. Jozef ontfermt zich over Maria, die haar pasgeboren zoon wiegt. Van links, (vanuit het oosten) schijnt het licht. Zoals Jesaja zegt: “Het volk dat in duisternis ronddoolt, ziet een schitterend licht. (Jesaja 9:1)”
Een herder en een herderin komen met hun kind de nieuwe koning aanbidden. Hij knielt eerbiedig neer, zij houdt haar kind voorzichtigheidshalve vast, zodat het niet meteen op de zuigeling afstormt.

Onbewogen neemt de os het schouwspel in zich op. De schapen trekken zich nergens iets van aan. Zij liggen behaaglijk en voelen zich thuis in deze stal. Rechts, net buiten beeld, staan de ezel en nog wat lammeren. Midden in de nacht, maar toch klaarwakker.

Linksonder staat een herder met een verdwaald schaap op zijn rug. De engel verkondigt hem de blijde boodschap: “Wees niet bang, want ik kom jullie goed nieuws brengen, dat het hele volk met grote vreugde zal vervullen. Vandaag is in de stad van David jullie redder geboren. Hij is de Messias, de Heer. Dit zal voor jullie een teken zijn: jullie zullen een pasgeboren kind vinden dat in een doek gewikkeld in een kribbe ligt. (Lucas 2:10-12)”

De kerstengel is in deze opstelling dus geen traditioneel onderdeel bij het tafereel van de stal, maar staat in het veld. Daar vindt het contact met de herders plaats, daar ligt haar taak. De opgeheven hand van de engel duidt erop dat zij op dat moment het woord voert.

Rechtsonder zien we een deel van de karavaan met de drie koningen. Zij zijn als eersten vertrokken en al enige tijd onderweg. Toch zullen zij pas na de herders bij de stal arriveren en de nieuw geboren koning aan­treffen. Hun geschenken hebben zij bij zich, goud, wierrook en mirre. Maar tot dit moment zijn zij onwetend aan wie zij die kunnen over­han­digen. Zij volgen de ster, die inmiddels heeft halt gehouden boven de stal van Bethlehem. Hun hart is vol hoop: het is niet ver meer.
Rechtsonder speelt zich een onopvallend, maar in zijn symboliek veelzeggend tafereel af. Tussen een stel kruiken staat een kat. Dit verwijst naar de gevulde vleespotten van Egypte, waarnaar de gevluchte Israëlieten soms hevig terugverlangden tijdens hun 40 jaar durende trektocht door de woestijn. Ooit vertrok aartsvader Jacob met zijn zonen naar Egypte, gedreven door een ernstige hongersnood. Over enkele dagen zullen Maria en Jozef met hun pasgeboren zoon Bethlehem verlaten, op de vlucht voor de wraak van Koning Herodes. Hun reisdoel: Egypte.
Maar zover is het nu nog niet. Als we er van een afstand naar kijken, trekt het centrale tafereel vanzelf onze aandacht. De heilige familie, St. Jozef, Maria en het pasgeboren kind. De Hoop voor de toekomst, de vervulling van Gods belofte.

We danken iedereen die aan deze kerststal heeft meegewerkt : de gulle gevers waarmee de aanschaf mogelijk is, de bouwers, de verhalenschrijver, de publiciteitsmakers, de webmaster en het kerkbestuur dat dit experiment mogelijk maakte.

Klik HIER voor de volgende aflevering