Gebouw en Interieur

 Kerkgebouw

Na jarenlang gebruik gemaakt te hebben van thuiskapellen op diverse plaatsen besloot de Oud- Katholieke parochie in Arnhem rond 1938 een eigen kerk te bouwen. November 1939 werd het perceel in de wijk Molenbeke aangekocht en de opdracht voor de bouw werd gegeven aan de Arnhemse architect Gerrit Feenstra. De eerste steenlegging was op 19 mei 1941. Inmiddels was Nederland bezet en heerste er grote materiaal-schaarste. De bezetter verleende echter toestemming maar stelde wel eisen. Dit had als gevolg dat de kerk gebouwd is uit eenvoudig materiaal. Voor de architect, Gerrit Feenstra, was dit geen probleem. Hij had toch al een voorkeur voor eenvoud in een kerkgebouw. Zo zijn alle oorspronkelijke ornamenten in de kerk van smeedijzer vervaardigd, zelfs de kandelaars op het altaar.

Het is achteraf gezien vreemd om een kerk te bouwen in oorlogstijd maar de gangbare verwachting was dat de bezetting/oorlog van korte duur zou zijn.

De kerk en de pastorie kwamen niet ongeschonden uit de oorlog. De pastorie had veel schade, Het kerkinterieur bleef redelijk ongeschonden. Met name de westelijke voorgevel was flink beschadigd, de reparaties zijn nu nog steeds zichtbaar.

Vanwege het materiaal-tekort kreeg de kerk geen dakgoten. Hemelwater loopt naar beneden en trekt in de grond. Vanwege het uitspoelen van het voegwerk is er enkele jaren geleden aan de noordkant een dakgoot aangebracht. Nu past het opvangen van het regenwater in het groene beleid van de parochie,
De vorm van de kerk maakt een tijdloze indruk. Zij doet denken aan een vroegchristelijk kerkje en heeft de grondstructuur van een basilica.

 Altaar

De nis van de altaarruimte ligt op het oosten. Hier bevindt zich het oude (oorspronkelijke) muuraltaar waaraan de Mis werd opgedragen. tegenwoordig vieren we in gemeenschap naar elkaar toe en maken we gebruik van het centraal opgestelde vieraltaar.

Vooraan rechts in de kerk vinden we de steen die herinnert aan de bouw van onze kerk.

Oorspronkelijk stond voor de altaarruimte een communiebank. Deze communiebank behoorde tot het oorspronkelijke ontwerp van architect Feenstra.

De communiebank vormde de overgang tussen het koorgedeelte en de rest van het kerkruimte. Door de verandering in de wijze van vieren raakte deze in ongebruik. De parochianen waren er echter zeer aan gehecht en na lang wikken en wegen kwam er vanuit de parochie het idee om de communiebank te verwerken in een nieuw vieraltaar.

In 2016 werd het 75-jarig jubileum van de kerkwijding gevierd en het vieraltaar ingewijd. In de rozet onder het altaar staat een voorstelling van een vis met een mandje met brood, een verwijzing naar het bekende bijbelverhaal. Het mandje is nogal klein uitgevallen. Er wordt beweerd dat dit komt door het materiaalgebrek en dat het uit de laatste restjes ijzer werd gesmeed. Of dit klopt?

Tabernakel en Godslamp

Tijdens het gebruik van de kerk is een aantal elementen vervangen door nieuw ontworpen voorwerpen. Een van die elementen betreffen het tabernakel, de plek waar, na afloop van de Eucharistieviering, de gewijde hosties worden bewaard en de godslamp. De ontwerpen en de uitvoering zijn van Sander Giek ze zijn uitgevoerd in gestoomd perenhout en voorzien van bladgoud.

 Ramen in het koorgedeelte

De drie ramen in het koor van de kerk zijn van de Arnhemse glazenier Gerard Temme.

Kerstraam

De engel Gabriël kondigt Maria aan dat zij een kind zal krijgen
Maria en Elisabeth ontmoeten elkaar
Engelen verschijnen aan de herders in het veld
De herders knielen bij het kind in de stal

Paasraam

Het lege graf, een engel vertelt dat Jezus is opgestaan
De Emmaüsgangers
Hemelvaart
Pinksteren
Uitstorting van de Heilige Geest

Passieraam

Palmpasen; Jezus rijdt op een ezel door Jeruzalem
De mensen zwaaien met takken en leggen hun kleren op de weg
Het laatste avondmaal
Jezus zegt: dit is mijn lichaam en dit is mijn bloed
Jezus waakt maar zijn leerlingen slapen
Jezus aan het kruis
Naast hem staan zijn moeder Maria en Johannes de evangelist

 Doopraam

De doopkapel heeft één klein rond raam. Toen het gebrand­schilderde venster van Joop Janssen uit 1957 werd vernield, vond het kerkbestuur het beter om dit niet te laten restaureren, maar om aan Rinke Nijburg de opdracht te verstrekken een ander raam te ontwerpen. In 2001 kon dit raam worden geplaatst.

Het raam laat in een abstract aandoende vlakverdeling een hand zien waar stromend water uit komt, dat terechtkomt op een aangeduid kinderhoofdje.

Doopkapel

Het doopraam bevindt zich de doopkapel. Deze ligt enkele treden lager dan de kerk. Men daalt als het ware af naar het water, ontvangt de doop en herrijst naar boven waar de dopeling in de gemeenschap opgenomen wordt. De wijwaterbak en de doopvont zijn uit dezelfde kalksteen vervaardigd zodat men bij binnenkomst herinnert wordt aan de doop. De koperen bak en het deksel van de doopvont zijn eveneens door Feenstra ontworpen maar konden bij de bouw niet uitgevoerd worden. In 1951 zijn ze na een schenking volgens het oorspronkelijke plan uitgevoerd.

 Paaskaars

In de katholieke traditie word de paaskaars niet het hele jaar door gebrand, maar tussen Pasen en Pinksteren, als symbool van het licht van de opgestane Heer.

Kruisjeswand

Pastoor Visser begon in 1963 met het symbolisch kerkhof aan de noordwand. Overleden parochianen blijven in onze herinnering.

 Mariabeeld

Vooraan in de kerk staat een eenvoudig Mariabeel Het beeld werd destijds gered uit de sloop van het oude CWZ ziekenhuis in Nijmegen. Het beeld is vervaardigd door Lou Manche en net als het Sint Willibrordusbeeld in het voorportaal afkomstig van Keramiek-atelier Sint Joris in Beesel(L). Het staat op een ietwat detonerende sokkel, in 2004 vervaardigd door de Oosterbeekse kunstenares Petra Hartman.

Op deze plek kan men een lichtje aansteken en stil zijn.

 Willibrordusbeeld

Bij het naar binnen en naar buiten gaan komen we langs het terracotta beeld van onze patroonheilige Sint Willibrordus, vervaardigd door Michael van Helvert (St.Joris Beesel)

Kroonluchter

De kroonluchter hoort bij inrichting uit 1941. Hier zit een bijzonder verhaal aan vast. De kerk werd oorspronkelijk verwarmd door een systeem van draden in de muur waar elektriciteit doorheen stroomde. Erg vooruitstrevend voor die tijd maar bij defecten niet te repareren. De oplossing was de kroonluchter ontmantelen en er elektrische straallampen aan hangen. Ook dit voldeed niet en uiteindelijk kwam er cv. Eind 2005 werd de kroonluchter door Arnout Visser geornamenteerd met een kruis van twinkelende LED-lampjes. Wie naar boven kijkt ziet meteen de prachtige kapconstructie.

 Orgel

Op 20 juli 1960 besloot het kerkbestuur aan de heer K.B. Blank de bouw van een nieuw orgel op te dragen. Het werd een orgel volgens het mechanisch-sleepladesysteem. De inwijding van het orgel vond plaats op 11 juni 1961.

Kerkklok

In 1941 werd de bronzen klok gegoten en in de toren gehesen. Kort daarna vorderde de bezetter de klokken. de klok bleef gespaard. Correspondentie hierover bevindt zich in het Gelders Archief. Dit willen we nog eens napluizen. Voor de vieringen wordt de klok geluid. De nis met het klokkentouw bevindt zich rechts voorin de kerk.

De verbinding tussen de kerk en de pastorie wordt op dit moment gevormd door de Kloostergang, een praktische ruimte om samen te vergaderen, koffie te drinken na de viering en elkaar te ontmoeten. Met de vele ramen is het een lichte en aangename zaal.